Ik leefde mijn hart uit in Nederland. En was slechts laag op de hoogte van het Doolin drama. Dus op mijn terugkeer zocht ik allereerst Dusty in haar grot op.
Als ik binnen zwem hangt de vertwijfeling zwaar in de lucht. Uit de geluidsinstallatie die ze destijds uit Simon Berrow's nimmer vergevende geheugen pikte fluistert een song uit de sixties een rimpel in het pompende water: 'You can't imagine the tears and the sorrow behind a painted smile'. Mijn hart vertedert zoals het dat al zo vaak deed. De bittere verwijten die mijn verstand me ingaf smelten op mijn lippen als ik haar ontreddering zie. Haar ogen, dromerig half geloken, die meestal welwillend haar ingegrifte glimlach begeleiden, zijn opengesperd, jagen van voor tot achteren en haar clicks sluiten me in als mitrailleurvuur. Is dit mijn dikke vriendin, mijn inspiratie van meer dan een decennium, het diepste van mijn gedachten en het hoogste van mijn geest of is dit een op hol geslagen halve gare, zoals de roddelpers ons laat geloven.
'Doe nou maar kalm aan, Prinses! Je bent niet alleen, je hebt vrienden, zo veel meer dan je denkt en al die stoere mannen kunnen je niks maken.'
'Dat zeg jij, maar ze hebben wel al m'n vrienden afgepakt, niemand zwemt meer met mij'.
'Ik weet het, lieverd, en ik weet dat ze zeggen dat het voor je eigen bestwil is en ik weet dat jij dat helemaal niet zo voelt.'
'Nou als je dat allemaal zo goed weet, weet je dan hoe ik me wel voel?'
'Ik kan me alleen maar je pijn proberen in te denken.
'Jaja, voor zoveel mensen ben ik wie ik niet ben. Jij vertelde me ooit dat je zelf weet wat het is om ten prooi te vallen aan verwachtingen. Jij moest dan vrolijk worden als de mensen aardig voor je waren, hoe diep je in de kelder zat ook ten spijt. Ik moet altijd opgewekt zijn, hoe dan ook, waar dan ook en wat alles. Ik zou zo intelligent zijn, maar daar heb ik niks aan, want de domheid wordt me opgelegd, van hier tot gunder. Zo maakt die verdomde glimlach mij tot een slachtoffer van het geluk. En gevoelens lijk ik niet te hebben, behalve dan om blij te zijn om alles wat jullie mensen me aandoen…'
'Hoho, ga nou niet tegen mij tekeer, ik sta aan jouw kant, weet je nog? Ik denk, en daar sta ik niet alleen in, dat je extreem geduld hebt getoond. Je bent zo vaak gemolesteerd en achterlijk behandeld, maar je overwon dat telkens weer, je liet ons allen zien dat de zachtmoedigen inderdaad de aarde beërven. Geen mens zou jouw kwelling hebben verdragen.'
'Ik begrijp dat niet. Waarom springen mensen bovenop me, proberen ze aan m'n rugvin te hangen, strooien ze zelfs zand in mijn blaasgat?'
'Nou kijk, je intelligentie wordt verwrongen. Jij kunt eenvoudig onkunde en stompzinnigheid niet verteren tenzij jje er zelf aan schuldig maakt. En dat heb jij niet in je. Jouw woede is puur en slaat op jezelf terug. Het is niet voorbedacht, een Natuurkracht die explodeert. Er is geen bedoeling, enkel woede.'
'Hoe kon het zover komen. Ik wilde nooit…'
'Weten we, lieverd, je vrienden geloven in je'.
Als we samen het zout in de zee huilen stormt er een SS-er binnen: 'In naam van de hele oceaan arresteer ik jou!' Ik kijk naar Dusty, we grijnzen, ik haal diep adem en duik de Atlantic in, Dusty aan mijn zijde. 'Nou zie je zelf ook es', betuigt ze 'hoe moeilijk het is om de goeien en de kwaaien uit elkaar te houden.'