Deel 30
Na een nacht vol slapeloze kwelling in de jeugdherberg van Burg, een vloekworp van Putgaarden, zat er gewoon niks anders op dan naar Nederland te gaan. Met bloedend hart kwam ik in Hamburg aan en de liftsituatie daar was domweg onmogelijk: het doorgaand verkeer reed op de linkerbaan omdat het afslaand verkeer dat naar rechts deed. Direct na deze afslag stond een levensgroot bord :'Verboten an zu halten'. Bovendien kwam er om de vijf minuten een politieauto langs. Ik heb nog anderhalve dag staan wachten op een roekeloos type waar ik eigenlijk liever niet bij in de auto durfde.
Tenslotte ben ik Hamburg in gegaan en heb mijn horloge beleend. Daarvan ben ik met de trein naar Groningen gereisd.
Het werd wel even 'reculer pour mieux sauter'. Ik ging naar het arbeidsbureau en daar hadden ze wel wat voor me: terraskelner bij het gebakjesrestaurant 'Bommen Berend'. Ik heen, was goed, maar dan moest wel mijn haar er af. Ze zeggen dat je er niks van voelt, maar wat deed dat zeer. Op slag was ik afgesneden van allen die me lief waren en maakte ik deel uit van een stiefbroederschap van anonieme glijers. Ik hield het een maand vol dankzij 'The Lord of the Ring', de natuurlijke aanwas van mijn haar en mijn salaris, dat me in staat stelde met de trein naar Kopenhagen te reizen.
De grens was geen enkel probleem. In Kopenhagen ging ik zwetend naar Karen’s adres. Ik had haar wel geschreven, maar steeds geen antwoord gekregen. Zou ze zich bedacht hebben, misschien was ze wel verhuisd. Zouden we nog klikken, het was bijna precies een jaar geleden dat we afscheid namen. Maar een manier om uit te vinden.
Met een trillende vinger drukte ik op de bel. De deur ging open en daar stond ze, in volle glorie en met een hele dikke buik.
Mijn gezicht stortte in en door mijn hoofd jengelde een valse draaiorgeldeun. Dit was dus haar eindspel, ze zocht een vader voor haar kind. Er viel iets zwaars van boven uit het trappenhuis, glas sprong in de rondte en overal om mij heen stemmen die krijsten. Ik moet me hebben omgedraaid en de trap in drie sprongen genomen. Hoe lang gerend, ik weet het niet, totdat het er niet meer toe deed.
De volgende dag werd ik lid van 'Sergeant Peppers Lonely Hearts Club Band'.
Einde
Jan Ploeg, Fanore, 15 mei 2007
Met dank aan Sarah, die me van de vergetelheid redde, Willem voor de taalvondsten die we plantten, Carola voor haar dag- en nacht werk en Anne Linde, omdat ze m’n dochter is.
print versie