Dolphin Address 20
17 september 2004
De zee gooit een gulle klots water in de Badkuip. De terug lopende waterval wordt overstelpt door nieuwe kracht. Overal verschijnen gootjes die de overmaat aan water terug laten stromen. Steeds weer komt er een massieve muur van water binnen. Hoe vaak liepen we niet op onze tenen over de veiligheid van vergruisde schelpen om de verraderlijke gladheid van de rotsen te ontwijken. Overal rijzen de schuimkammen en kogelronde druppels zeewater spatten naar alle kanten. Een snelweg van zeebellen rijdt de kuip in. Het water maakt een haastige bocht en lijkt zich zelf de stenen op te jagen. Dan is alles tot aan mijn tenen gevuld met wit.
Bij het terugstromen lijken de rotsen geglazuurd met kokend water. De zee trekt een hoge rug over de Vijverrots. Het water komt glad en massief naar binnen, maar als het terug davert trekken alle hoeken en gaten een luchtspoor. Ik zit hier veilig op de Potvis rots waar tonnen water in seconden langs worden geduwd. Het schuim wordt in lijnen over het inkomende water getrokken en bij de terugval belt het op uit onderwatervallen.
Dan plotseling midden in het donderend gebrul een moment van stilte. Het water fluistert door de spleten.
Dusty is nergens te zien. Alleen het voorbijgaand gezicht van een inwoner, die een paar keer met Dusty heeft gezwommen en dat nu aan alle meisjes verteld. We noemen hem Lusty. Ik ben hier alleen en hij kwam hier toch niet om te zwemmen.
In de hoek is een stompe, loodrechte rots waar het water op in de lucht beukt en vervolgens in schijnbare slowmotion terugstuift.
Ik voel dat ik de Potvisrots moet verlaten omdat ik vrees de prooi te worden van een dreigende 'freak' (=onvoorspelbare) golf. Wilde eilanden van water nemen hun ongeremde weg naar de kust. Was ik maar altijd zo wijs: de Potvisrots verdween zojuist in een bellenbrij. Het water kwam helemaal tot de Schuilrots. Het water is niet veilig nu hier bij de rotsen. Dat moet de reden zijn dat ik Dusty niet zie. Zij weet wanneer de oceaan haar de baas is.
Pollenawatch is niet zomaar een rotsformatie waar de zee op los beukt. Het is de haven naar Dusty, een plek die we zo goed kennen, alle routes die we uit probeerden naar de zee, iedere steen waar we op uitgleden, alle scheuren in de rots om je aan vast te houden. Het is een beetje thuis en merkwaardig genoeg is er een verband tussen deze openbare geweldpleging en de dolfijn.
Het staat als een huis en er is niks mis mee.
Jan Ploeg, 17 september 2004
print versie